Industriële klep en pijpinstallatieinstructies

August 16, 2022
Laatste bedrijfsnieuws over Industriële klep en pijpinstallatieinstructies

1. Las de flens aan de pijp en koel het aan omgevingstemperatuur alvorens de klep op de flens te installeren. Anders kunnen de hoge die temperaturen door de las worden geproduceerd de prestaties van de veerkrachtige zetel beïnvloeden.

2. De rand van de gelaste flens moet aan een vlotte oppervlakte worden machinaal bewerkt om schade aan de veerkrachtige zetel tijdens klepinstallatie te vermijden. De oppervlakte van de flens moet volledig vrij van schade en misvorming zijn, al vuil en de buitenlandse kwestie verwijderen, en vloeibare lekkage vermijden bij de klep en flensinterface.

3. Maak de flens en de binnenholte van de pijp schoon om de plonsen, het pellen schaal en andere buitenlandse kwestie volledig te verwijderen verlaten door het lassen.

4. Wanneer het installeren van pijpen tussen kleppen die, precies het centrum van de hogere en lagere waterpijpen richten is kritiek voor probleemloze verrichting. Het onnauwkeurige middelpunt moet worden vermeden.

5. Wanneer het installeren van de klep, plaats de plaatsende bouten onder de pijp aan dezelfde te steunen hoogte, en pas de afstand tussen de flenzen aan tot de kanten van het kleplichaam apart ongeveer 6-10 mm zijn. Herinner dat de klep slechts van de gesloten positie in een positie kan worden geopend 10°.

6. Neem de twee bouten in de lagere gidsstaaf van op de klep en installeer hen zorgvuldig zodat de flensoppervlakte niet de veerkrachtige zetel beschadigt.

7. Dan plaats de andere twee bouten in de gidsstaaf boven de klep om nauwkeurige centrumpositie tussen de pijp en de klep te verzekeren.

8. Open de klep drie keer om te controleren of er of niet slecht contact tussen de klepplaat en de flens is.

9. Verwijder de plaatsende bouten en plaats alle bouten rond het lichaam voor het afwisselende diagonale aanhalen tot de flens het kleplichaam raakt. Gelieve te verwijzen naar de lijst hieronder voor de geadviseerde torsiewaarden.

10. Verleen een steun voor de klep wanneer het installeren van actuator om vervorming van de klephals te vermijden en wrijving tussen de klep en de pijp te verminderen.

11. Stap niet op de klephals of het klephandwiel.

12. Keer niet de installatie van kleppen van DN350 om of groter.

13. Installeer direct niet de vleugelklep op de controleklep of de pomp, aangezien dit schade kan veroorzaken wanneer het contacteren van de klepplaat.

14. Installeer niet de klep op de stroomafwaartse kant van de elleboog en het reductiemiddel, of kalibreer de klep aangezien het stroomtarief verandert. In dit geval, wordt het geadviseerd om de klep bij een afstand van ongeveer 10 keer te installeren de nominale diameter van de klep.

15. De installatie van de klep vereist overweging waarvan de klepplaat de gevolgen van stroomtarief en druk tijdens vloeibaar vervoer zal ervaren.